Rozenkruisers verklaring
Ze houdt de hand van Pein, ja diezelfde hand waarmee hij net Mel ontzettend wou gaan toetakelen, vast en kijkt hem in de ogen. Die staan weer helder, gevaarlijk helder.
“Hij bedoelde het niet zo, Pein, echt niet!”
“humbrgrrrrumble.” Doet Pein met opeengeklemde kaken.
Merlijn doet zijn meest charmante glimlach “N-nee natuurlijk niet, ik...ik...”
“Bek houwe!”Bijt Pein hem toe en richt dan weer zijn blik op Koraal, terwijl hij zijn legerkist nog wat dieper in Merlijns borst drukt. “Bedoelde het niet zo?! Hij stond gotver op het punt om je af te lebberen! ”
Koraal glimlacht, heel even maa;r een zweem van een glimlach, het is bijna niet te zien. Ze houdt nog steeds de hand van Pein vast en leunt nu iets naar hem toe. Langzaam. Het lijkt of ze hem gaat zoenen maar dan beweegt ze haar wang langs zijn gezicht en fluistert met zachte, hese stem iets in zijn oor. Er verschijnt een grijns op het gezicht van Pein.
“Ja...ja natuurlijk, daar twijfelde ik ook niet aan.” zegt ie in reactie op haar fluistering die niemand verder heeft kunnen verstaan.
“En trouwens, “ zegt Koraal nu weer hard op “Zo’n man van duizenden jaren oud die ineens weer nieuw is... Tja vind je het gek als ie zich niet helemaal zou kunnen beheersen? ”
Nee, Pein vindt dat niet gek, hij zou het vreemder vinden als wie dan ook zich bij Koraal zomaar kon beheersen want...
“En waar was je nou trouwens!!!” gooit Koraal er een beetje boos achteraan.
“ik...hoezo? Ik zat gewoon....HIJ!” en hij wijst naar Mel die op de grond ligt te wrikken en wriemelen om de greep van Pein te kunnen ontsnappen. “Hij heeft me vast met één of andere stomme toverspreuk.... zodat hij hier met jou alleen....”
Koraal onderbreekt hem door een klakkend geluid met haar tong te maken en dan weer met een zachte stem zegt ze: “Je bent er in ieder geval weer...” en ze kust hem, lang, diep en teder. Ze eet hem eigenlijk op, manman wat heeft ze een verschrikkelijke honger in Pein. Jaja ze hadden elkaar ook al weer een uurtje niet gezien natuurlijk dus Pein vreet er ook gretig op los.
“Hallo?” Mel, die nog steeds onder de legerkist van Pein gedrukt zit, probeert hun aandacht te trekken. Maar onze helden gaan even helemaal in elkaar op. Het was trouwens één uur en tien minuten dat ze elkaar niet gezien hadden hè, dussss...
“HALLOOO!!”
Pein drukt de hak van zijn schoen nog even wat dieper in de ribben van Merlijn voordat hij zijn voet weghaalt.
“Je hebt mazzel ouwe rukker, je maakt trouwens toch geen kans bij mijn Koraaltje...hahahahaha.” Nounounou wat is die Pein weer vol van zichzelf.
Koraal kijkt hoe Mel met een lenige beweging weer op staat en het stof van zijn fraai gespierde lichaa... eh maatpak afslaat. Neejjj een mietje zou ze het toch niet echt noemen deze tovenaar der tovenaars in het lichaam van een jonge Griekse god. Maar goed... hij haalt het natuurlijk niet bij Pein. Pein is nu eenmaal... nou ja: Pein. (Voetnoot van de auteur: In Plato’s symposion stelt hij zich Eros, de Griekse God van de liefde, voor als ‘een complex en multidimensioneel archetype dat zich op het fysieke niveau tot uitdrukking brengt in seksuele drijfveren, maar op hogere niveaus de filosofische passie voor intellectuele schoonheid en wijsheid opwekt en tot een hoogtepunt komt in het mystieke visioen van het eeuwige, de elementaire bron van alle schoonheid ’.)
“Wat wou je me nu eigenlijk laten zien, Mel?”
Mel heeft een beetje moeite zijn ogen van Koraal af te wenden.
“Euhm...jullie.... Wat ik jullie eerst wou laten zien is dit.”
Hij houdt hen een perkament voor.
Artikel 1: Ieder mens heeft de plicht om onbevooroordeeld de rechten van de mens, zoals die in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zijn vastgelegd, te respecteren.
Artikel 2: Ieder mens heeft de plicht zichzelf te respecteren en zijn lichaam of bewust denken niet te verlagen door gedrag of praktijken die zijn waardigheid of integriteit aan de kaak stellen.
Artikel 3: Iedere mens heeft de plicht anderen te respecteren, zonder onderscheid naar ras, sekse, religie, sociale klasse, gemeenschap of welk ander element ook waarin zij schijnbaar verschillen.
Artikel 4: Ieder mens heeft de plciht de wetten van het land waar hij woont, te respecteren, met dien verstande dat deze wetten respect voor zijn meest gerechtvaardigde rechten als grondslag moeten hebben.
Artikel 5: Ieder mens heeft de plicht de religieuze overtuigingen en politieke opvattingen van een ander te respecteren zolang deze mens, noch de samenleving aantasten.
Artikel 6: Ieder mens heeft de plicht, in gedachte, woord en daad welwillend te zijn, opdat hij een agens van sociale vrede en een voorbeeld voor anderen kan zijn.
Artikel 7: Ieder mens heeft de plciht te werken indien hij er de leeftijd voor heeft, ertoe in staat is of er gelegenheid voor heeft, of het nu is om in zijn eigen levensbehoefte of die van zijn gezin te voorzien, om nuttig voor de samenleving te zijn, om zich op persoonlijke vlak te ontplooien of, heel eenvoudig, om niet in ledigheid te vervallen.
Artikel 8 ; Ieder mens die de verantwoordelijkheid heeft voor het opvoeden van een kind, heeft de plicht hem moed, verdraagzaamheid, geweldloosheid, grootmoedigheid, en in het algemeen, die deugden bij te brengen die van hem een achtenswaardige en verantwoordelijke volwassene maken.
Artikel 9: Ieder mens heeft de plicht wie dan ook te hulp te komen die in gevaar is, hetzij door rechtstreeks in de grijpen, hetzij door ervoor te zorgen dat de daartoe geëigende personen hulp bieden.
Artikel 10: Ieder mens heeft de plicht de totale mensheid als zijn familie te beschouwen en zich onder elke omstandigheid en op elke plaats als een wereldburger te gedragen, waarmee hij humanisme tot de grondslag van zijn gedrag en filosofie maakt.
Artikel 11: Ieder mens heeft de plicht de bezittingen van anderen te respecteren, of het nu om privé- of overheidsbezittingen, individuele of collectieve bezittingen gaat.
Artikel 12: Ieder mens heeft de plicht het menselijk leven te respecteren en het als meest kostbare ter wereld te beschouwen.
Artikel 13: Ieder mens heeft de plicht de natuur te respecteren en haar te behoeden, opdat de huidige en toekomstige generaties er op alle niveaus van kunnen genieten en haar als een universeel erfdeel beschouwen.
Artikel 14: Ieder mens heeft de plicht de dieren te respecteren en ze waarlijk niet alleen als levende schepselen te beschouwen, maar ook als schepselen met bewustzijn en gevoel.
“Mooi...Maarrr wat IS dit in godsnaam????”
“Dit is de Rozenkruisers verklaring van de plichten van de mens.” Antwoordt Mel.
Koraal weet meteen waar hij het over heeft:
“Ja dat zie ik, dat is een grootloge.” Ergens lijkt het ook wel logisch dat Merlijn lid is van een grootloge, en vooral die van de rozenkruisers die de ‘kelk’, het mystieke vrouwelijke aspect dat ook wel gesymboliseerd wordt door een driehoek die op de punt staat, als uitgangspunt hebben.
“En? Dus?” Vraagt Pein, die meer van de ‘kling’ principes is.
"Ja, wat moeten wij hier nu mee? " Vult Koraal hem aan, hoewel ze al wel een idéé heeft.
Mel gaat verder:
“Voor de volgende stap die jullie moeten zetten, om in te kunnen loggen, moeten jullie je zuiveren. Jullie moeten eerst door een inwijding heen anders is jullie fijn-stoffelijk lichaam niet in staat de overgang te maken. De eerste stap is dat jullie akkoord gaan met deze plichten”
Pein knikt en...
“Hij bedoelde het niet zo, Pein, echt niet!”
“humbrgrrrrumble.” Doet Pein met opeengeklemde kaken.
Merlijn doet zijn meest charmante glimlach “N-nee natuurlijk niet, ik...ik...”
“Bek houwe!”Bijt Pein hem toe en richt dan weer zijn blik op Koraal, terwijl hij zijn legerkist nog wat dieper in Merlijns borst drukt. “Bedoelde het niet zo?! Hij stond gotver op het punt om je af te lebberen! ”
Koraal glimlacht, heel even maa;r een zweem van een glimlach, het is bijna niet te zien. Ze houdt nog steeds de hand van Pein vast en leunt nu iets naar hem toe. Langzaam. Het lijkt of ze hem gaat zoenen maar dan beweegt ze haar wang langs zijn gezicht en fluistert met zachte, hese stem iets in zijn oor. Er verschijnt een grijns op het gezicht van Pein.
“Ja...ja natuurlijk, daar twijfelde ik ook niet aan.” zegt ie in reactie op haar fluistering die niemand verder heeft kunnen verstaan.
“En trouwens, “ zegt Koraal nu weer hard op “Zo’n man van duizenden jaren oud die ineens weer nieuw is... Tja vind je het gek als ie zich niet helemaal zou kunnen beheersen? ”
Nee, Pein vindt dat niet gek, hij zou het vreemder vinden als wie dan ook zich bij Koraal zomaar kon beheersen want...
“En waar was je nou trouwens!!!” gooit Koraal er een beetje boos achteraan.
“ik...hoezo? Ik zat gewoon....HIJ!” en hij wijst naar Mel die op de grond ligt te wrikken en wriemelen om de greep van Pein te kunnen ontsnappen. “Hij heeft me vast met één of andere stomme toverspreuk.... zodat hij hier met jou alleen....”
Koraal onderbreekt hem door een klakkend geluid met haar tong te maken en dan weer met een zachte stem zegt ze: “Je bent er in ieder geval weer...” en ze kust hem, lang, diep en teder. Ze eet hem eigenlijk op, manman wat heeft ze een verschrikkelijke honger in Pein. Jaja ze hadden elkaar ook al weer een uurtje niet gezien natuurlijk dus Pein vreet er ook gretig op los.
“Hallo?” Mel, die nog steeds onder de legerkist van Pein gedrukt zit, probeert hun aandacht te trekken. Maar onze helden gaan even helemaal in elkaar op. Het was trouwens één uur en tien minuten dat ze elkaar niet gezien hadden hè, dussss...
“HALLOOO!!”
Pein drukt de hak van zijn schoen nog even wat dieper in de ribben van Merlijn voordat hij zijn voet weghaalt.
“Je hebt mazzel ouwe rukker, je maakt trouwens toch geen kans bij mijn Koraaltje...hahahahaha.” Nounounou wat is die Pein weer vol van zichzelf.
Koraal kijkt hoe Mel met een lenige beweging weer op staat en het stof van zijn fraai gespierde lichaa... eh maatpak afslaat. Neejjj een mietje zou ze het toch niet echt noemen deze tovenaar der tovenaars in het lichaam van een jonge Griekse god. Maar goed... hij haalt het natuurlijk niet bij Pein. Pein is nu eenmaal... nou ja: Pein. (Voetnoot van de auteur: In Plato’s symposion stelt hij zich Eros, de Griekse God van de liefde, voor als ‘een complex en multidimensioneel archetype dat zich op het fysieke niveau tot uitdrukking brengt in seksuele drijfveren, maar op hogere niveaus de filosofische passie voor intellectuele schoonheid en wijsheid opwekt en tot een hoogtepunt komt in het mystieke visioen van het eeuwige, de elementaire bron van alle schoonheid ’.)
“Wat wou je me nu eigenlijk laten zien, Mel?”
Mel heeft een beetje moeite zijn ogen van Koraal af te wenden.
“Euhm...jullie.... Wat ik jullie eerst wou laten zien is dit.”
Hij houdt hen een perkament voor.
Artikel 1: Ieder mens heeft de plicht om onbevooroordeeld de rechten van de mens, zoals die in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens zijn vastgelegd, te respecteren.
Artikel 2: Ieder mens heeft de plicht zichzelf te respecteren en zijn lichaam of bewust denken niet te verlagen door gedrag of praktijken die zijn waardigheid of integriteit aan de kaak stellen.
Artikel 3: Iedere mens heeft de plicht anderen te respecteren, zonder onderscheid naar ras, sekse, religie, sociale klasse, gemeenschap of welk ander element ook waarin zij schijnbaar verschillen.
Artikel 4: Ieder mens heeft de plciht de wetten van het land waar hij woont, te respecteren, met dien verstande dat deze wetten respect voor zijn meest gerechtvaardigde rechten als grondslag moeten hebben.
Artikel 5: Ieder mens heeft de plicht de religieuze overtuigingen en politieke opvattingen van een ander te respecteren zolang deze mens, noch de samenleving aantasten.
Artikel 6: Ieder mens heeft de plicht, in gedachte, woord en daad welwillend te zijn, opdat hij een agens van sociale vrede en een voorbeeld voor anderen kan zijn.
Artikel 7: Ieder mens heeft de plciht te werken indien hij er de leeftijd voor heeft, ertoe in staat is of er gelegenheid voor heeft, of het nu is om in zijn eigen levensbehoefte of die van zijn gezin te voorzien, om nuttig voor de samenleving te zijn, om zich op persoonlijke vlak te ontplooien of, heel eenvoudig, om niet in ledigheid te vervallen.
Artikel 8 ; Ieder mens die de verantwoordelijkheid heeft voor het opvoeden van een kind, heeft de plicht hem moed, verdraagzaamheid, geweldloosheid, grootmoedigheid, en in het algemeen, die deugden bij te brengen die van hem een achtenswaardige en verantwoordelijke volwassene maken.
Artikel 9: Ieder mens heeft de plicht wie dan ook te hulp te komen die in gevaar is, hetzij door rechtstreeks in de grijpen, hetzij door ervoor te zorgen dat de daartoe geëigende personen hulp bieden.
Artikel 10: Ieder mens heeft de plicht de totale mensheid als zijn familie te beschouwen en zich onder elke omstandigheid en op elke plaats als een wereldburger te gedragen, waarmee hij humanisme tot de grondslag van zijn gedrag en filosofie maakt.
Artikel 11: Ieder mens heeft de plicht de bezittingen van anderen te respecteren, of het nu om privé- of overheidsbezittingen, individuele of collectieve bezittingen gaat.
Artikel 12: Ieder mens heeft de plicht het menselijk leven te respecteren en het als meest kostbare ter wereld te beschouwen.
Artikel 13: Ieder mens heeft de plicht de natuur te respecteren en haar te behoeden, opdat de huidige en toekomstige generaties er op alle niveaus van kunnen genieten en haar als een universeel erfdeel beschouwen.
Artikel 14: Ieder mens heeft de plicht de dieren te respecteren en ze waarlijk niet alleen als levende schepselen te beschouwen, maar ook als schepselen met bewustzijn en gevoel.
“Mooi...Maarrr wat IS dit in godsnaam????”
“Dit is de Rozenkruisers verklaring van de plichten van de mens.” Antwoordt Mel.
Koraal weet meteen waar hij het over heeft:
“Ja dat zie ik, dat is een grootloge.” Ergens lijkt het ook wel logisch dat Merlijn lid is van een grootloge, en vooral die van de rozenkruisers die de ‘kelk’, het mystieke vrouwelijke aspect dat ook wel gesymboliseerd wordt door een driehoek die op de punt staat, als uitgangspunt hebben.
“En? Dus?” Vraagt Pein, die meer van de ‘kling’ principes is.
"Ja, wat moeten wij hier nu mee? " Vult Koraal hem aan, hoewel ze al wel een idéé heeft.
Mel gaat verder:
“Voor de volgende stap die jullie moeten zetten, om in te kunnen loggen, moeten jullie je zuiveren. Jullie moeten eerst door een inwijding heen anders is jullie fijn-stoffelijk lichaam niet in staat de overgang te maken. De eerste stap is dat jullie akkoord gaan met deze plichten”
Pein knikt en...
posted by Prof. Dr. Koraal @ zondag, november 26, 2006
